Basistraining

Aandachtsfunctionaris Huiselijk geweld – Kindermishandeling – Ouderenmishandeling

“Hoe implementeer ik de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling binnen de organisatie?”
“Hoe zorg ik ervoor dat medewerkers signaleren en in overleg met betrokkenen handelen?”
“Op welke wijze kan ik medewerkers begeleiden in het bespreken van signalen van onveiligheid en geweld?”
“Voldoet onze meldcode aan het wettelijk kader en de eisen van de inspectie?”
“Hoe zorg ik ervoor dat de aanpak van huiselijk geweld, kindermishandeling en/of ouderenmishandeling echt bij ons op de agenda staat en blijft staan?”

Herken je deze vragen bij jezelf als (nieuwe) aandachtsfunctionaris? Dan raden wij aan om de Training Aandachtsfunctionaris te gaan volgen. Je wordt met deze training opgeleid tot aandachtsfunctionaris huiselijk geweld, kindermishandeling en/of ouderenmishandeling. 
Tijdens de training werk je met de meldcode van jouw organisatie, ontwikkel je een implementatieplan en ontvang je alle informatie gebundeld in het naslagwerk Aandachtsfunctionaris Huiselijk geweld.

Na het volgen van de training kun je als aandachtsfunctionaris aan de slag. Wanneer je de training bij een Hobéon gecertificeerde trainer volgt, kun je daarna lid worden van de LVAK.

    De training wordt opgebouwd uit de aandachtsgebieden:

    • Werken met de meldcode
    • Organiseren en profileren
    • Informatie delen en verwerken
    • Samenwerken
    • Adviseren en steunen
    • Implementeren en communiceren

    Resultaat

    Je hebt inzicht in, je bent je bewust van en je kunt medewerkers ondersteunen…

    • om aard, omvang, vormen, beschermende en risicofactoren en gevolgen van huiselijk geweld te benoemen.
    • bij het uitvoeren van stap 1: het signaleren van huiselijk geweld, kindermishandeling en/of ouderenmishandeling.
    • om signalen van huiselijk geweld te herkennen, objectief te benoemen en concreet te onderbouwen.
    • om de kind- en mantelzorgcheck uit te voeren.
    • om zorgen te delen met betrokkenen.
    • bij het uitvoeren van stap 2: het overleg met een deskundige collega of Veilig Thuis.
    • bij het intern en extern advies vragen.
    • uitleg te geven over wat je kunt verwachten van Veilig Thuis.
    • bij het uitvoeren van stap 3: in gesprek gaan over onveiligheid en geweld.
    • bij het gesprek met betrokkenen voorbereiden.
    • om het gesprek methodisch te voeren.
    • bij het uitvoeren van stap 4: het wegen van de onveiligheid of het geweld met het afwegingskader.
    • om met het afwegingskader een weging te maken.
    • om de acties die volgen op het afwegingskader uit te voeren.
    • bij het uitvoeren van stap 5: het beslissen om hulp te organiseren en te melden bij Veilig Thuis.
    • om voorwaarden voor goede hulp te benoemen.
    • om het besluit om hulp in te zetten te onderbouwen.
    • om het besluit om te melden bij Veilig Thuis te onderbouwen.
    • om het gesprek met betrokkenen te voeren over het toeleiden naar hulp en het melden bij Veilig Thuis.
    • om tijdens alle stappen van de meldcode op een zorgvuldige wijze informatie te delen en verwerken.

    Daarnaast adviseer je over…

    • het opnemen van de meldcode in de primaire werkprocessen van de organisatie.
    • het opnemen van de deskundigheidsbevordering in het meerjarig scholingsplan.
    • de beschikbaarheid van voldoende deskundigen intern en extern om medewerkers te ondersteunen.
    • het regelmatig evalueren van de werking van de meldcode en het inzetten van verbeteracties.
    • het geven van bekendheid aan het doel en de inhoud van de meldcode.
    • het bijhouden van een registratie van (anonieme) gegevens over huiselijk geweld.